Home Sitemap Weet jij wat het verschil tussen een Klipper en Tjalk is?

Weet jij wat het verschil tussen een Klipper en Tjalk is?

Klipper
Wist je dat een klipper (zoals de Hoge Wier en de Isis) een snel zeilschip is met een scherpe boeg en een of meer masten, dat eind 19e eeuw en begin 20e eeuw in gebruik was? De klipper is vooral bekend vanwege de grote snelheden die de schepen haalden. Hierdoor werden ze doorgaans gebruikt voor de handel in etenswaren en andere goederen die konden bederven. De hoge snelheden werden gehaald doordat de schepen slank en relatief klein waren, maar wel een zeer groot zeiloppervlak hadden.

De meeste klippers werden geproduceerd op Britse en Amerikaanse scheepswerven. Daarnaast bouwden ook NederlandFrankrijk en enkele andere landen nog een aantal klippers.

Nederland heeft zich onderscheiden door het bouwen van een grote hoeveelheid zeilende platbodems voor de binnenvaart, tussen 1890 en 1925. Deze droegen ook de naam ‘klipper’, al leken ze alleen boven de waterlijn op de zeegaande voorgangers. Bovendien werden ze zonder uitzondering gebouwd van ijzer en staal, in plaats van hout. Er bestonden twee hoofdtypen: de Zeeuwse of Zuid-Hollandse klipper en de Friese klipper. De klippers die in de Nederlandse binnen- en kustwateren nog actief zijn maken deel uit van de zogenoemde ‘bruine vloot‘.

Historie
Klippers werden gebouwd voor de handel in seizoensgebonden producten, waar snellere ladingen meer waard waren of voor passagiersroutes. De kleine, snelle schepen waren uitermate geschikt voor de handel in goederen die niet veel ruimte innamen maar wel veel opbrachten, zoals theespecerijenposten passagiers. Klippers voeren doorgaans tweemaal sneller (9 knopen of meer) dan gewone schepen (minder dan 5 knopen) in hun tijd.

De concurrentie tussen de klippers was fel en openbaar, namen van schepen en hun tijden werden in kranten gedrukt. Wellicht de bekendste van deze klipperwedstrijden was de strijd tussen de Cutty Sark en de Thermopylae om als eerste thee van het nieuwe seizoen naar Engeland te brengen. De Thermopylae deed slechts 115 dagen over de reis en de Cutty Sark 122 dagen, absolute records voor die tijd.

De benaming klipper (of clipper) grijpt terug op een Amerikaans scheepstype uit het begin van de 19e eeuw, de Baltimore clipper. In de strijd tegen de Engelsen na 1812 werden vanwege hun snelheid en wendbaarheid sommige klippers ook bewapend met kanonnen en dergelijke en gebruikt voor smokkelen piraterij. Of het scheepstype zelf daarvan rechtstreeks is afgeleid is bron van grote meningsverschillen onder historici.

Het einde van de klipper kwam kort na de ingebruikneming van de Cutty Sark met de introductie van de triple-expansie-machine in stoomschepen. Hoewel de klippers doorgaans sneller waren dan hun nieuwe concurrenten bleven ze wel afhankelijk van de wind. Stoomschepen hadden als grote voordeel dat hun dienstregelingen veel betrouwbaarder waren. De finale nekslag kwam met de opening van het Suezkanaal waardoor de stoomschepen een veel kortere route konden varen. Het kanaal was voor zeilschepen moeilijk te bezeilen doordat het zo smal is.

Op de lange routes, met goedkope niet-conjunctuurgevoelige ladingen, hielden de veel grotere ijzeren en later stalen windjammers het veel langer vol, maar snelheid was toen al lang geen criterium meer. Desondanks haalden deze laadbakken vaak veel hogere snelheden, deels door hun grotere romplengte, deels door het gebruik van geheel stalen tuigage en deels door de vooruitgang in de meteorologie. Zo zijn diverse records, waaronder die van de snelste Kaap Hoornpassage (5 dagen en 14 uur) pas in de jaren dertig van de twintigste eeuw gevestigd. Veel theeklippers konden vanwege hun kwetsbare bouw en tuigage overigens helemaal niet langs Kaap Hoorn. Bron Wikipedia 8-9-2020

Tjalk
Wist je dat de tjalk, zoals de Overwinning, een historisch zeilend vrachtschip voor de binnenwaterenis?De naam werd in de 17e eeuw voor het eerst gebruikt om schepen met ronde boeg aan te duiden. Dit scheepstype kent vele uitvoeringen.De tjalk is lang, smal en ondiep van bouw, als een afgeronde doos. Verder heeft hij een volle ronde boeg en ronde kimmen. Op een paar uitzonderingen na hadden tjalken één mast. Ze voerden een gaffeltuig en waren voorzien van zijzwaarden. Tjalken werden aanvankelijk van hout gebouwd, later van ijzer en nog later van staal. In latere jaren werden ze ook voorzien van mechanische voortstuwing. Door soms sterke verschillen in uiterlijk, uitvoering, herkomst en gebruik, kregen tjalken vaak een daaraan verbonden naam

De tjalk was algemeen en kwam voor in een gebied dat zich uitstrekte van de Oostzee tot Noord-Frankrijk en Engeland. Het was zeker in de 18e en 19e eeuw in de Nederlanden het werkpaard en manusje-van-alles van het transport op het water. Met de grotere exemplaren werd ook kustvaart bedreven.

Heden ten dage zijn er in Nederland nog een groot aantal, hoofdzakelijk in ijzer en staal gebouwde tjalken aanwezig. Bij de neergang van de zeilvaart zijn de grootste tjalken omgebouwd tot motorvrachtschip. De kleinste zijn vaak gesloopt en de middenmoot is vaak onherkenbaar omgebouwd tot woonboot. De laatste tientallen jaren worden vele woonschepen teruggebouwd en vaak mooi gerestaureerd tot pleziervaartuig of charterschip. Bron Wikipedia 8-9-2020.